Hoewel het juist is om te zeggen dat deze termen door elkaar gebruikt kunnen worden, moeten ze niet door elkaar gebruikt worden, maar de betekenissen bij technisch gebruik zijn vrij verschillend.
Het probleem begint met het overmatig gebruik van het woord “drogen” in productbeschrijvingen voor verven en andere coatings; dat wil zeggen, “drogen” wordt losjes gebruikt en zal daarom in sommige gevallen altijd onnauwkeurig zijn. Maar het concept van verf of vernis “drogen” als sluitstuk voor elk proces van uitharding is veel te diep geworteld om te kunnen veranderen.
Drogen betekent letterlijk drogen, een feitelijk droogproces waarbij bij het eenvoudigste water verloren gaat door verdamping. Voor andere coatings is het slechts een ander oplosmiddel (of mengsel van oplosmiddelen) dat verdampt.
Curing daarentegen is minder een populistische term en dient het juiste gebruik ervan te worden gehandhaafd om het begrip van de betekenis ervan niet te vertroebelen.
De meeste verven en vernissen, evenals vele lakken, ondergaan zowel een droog- als een uithardingsproces. Drogen is de beginfase, waarbij de coating krimpt door het verlies van de oplosmiddelcomponent. Uitdroging is de tweede (meestal veel langere) fase waarin de coating fysiek en/of chemisch verandert; tijdens dit proces kan deze licht opzwellen.
Wanneer er tijdens het uitharden een chemische verandering optreedt, kunnen het componenten zijn binnen de coating die combineren en reageren, of een reactie met zuurstof (of water) uit de atmosfeer. Een voorbeeld van het laatste komt voor bij oliën zoals lijnolie en tungolie, die een oxidatieve polymerisatie ondergaan, waarbij ze door een reactie met zuurstof veranderen van oliën in een soort natuurlijk polymeer.
Wanneer een coating alleen een droogproces heeft, zoals bij aquarelverf of schellak, is deze chemisch onveranderd en blijft hij dus oplosbaar in het oorspronkelijke oplosmiddel. Daarom zijn aquarelverf zelfs tientallen jaren later wateroplosbaar en kan schellak opnieuw worden opgelost in alcohol.
Wanneer een coating uithardt, verandert de chemie van de oorspronkelijke vloeibare vorm, zodat bijvoorbeeld een verf die ten tijde van het aanbrengen oplosbaar was in minerale spiritus (terpentine in het Verenigd Koninkrijk), na uitharding niet meer oplosbaar is in deze verf.